VERTEGENWOORDIGING IN DE ITALIAANSE DOUANE, OM WELKE REDEN?

,

Zij valt onder de artikelen 40 en volgende van het TULD nr. 43/1973 en de daaropvolgende bepalingen van het communautair douanewetboek art. 5 e.v. Reg. EEG 2913 van 1992.

Handelingen en/of handelingen op douanegebied kunnen in persoon en door middel van een directe of indirecte vertegenwoordiger worden verricht. Er zij op gewezen dat indirecte vertegenwoordiging een mandaat zonder vertegenwoordiger vormt en dus volgens het Burgerlijk Wetboek de figuur is van iemand die in eigen naam en voor rekening van anderen handelt (art. 1705 van het Burgerlijk Wetboek, de agent die in eigen naam handelt verwerft de rechten en neemt de beslissingsverplichtingen op zich van handelingen die met derden worden verricht, zelfs indien deze laatsten kennis hebben gehad van het mandaat).

De begrippen directe en indirecte vertegenwoordiging zijn duidelijk vastgelegd in het communautair douanewetboek.

Volgens het communautair douanewetboek (art. 5) moet de vertegenwoordiger altijd verklaren dat hij namens de vertegenwoordigde persoon optreedt en dus aangeven of het om een directe of indirecte vertegenwoordiging gaat en moet hij over vertegenwoordigingsbevoegdheid beschikken. Dit voorschrift is relevant in verband met het ontstaan van de douaneschuld omdat voor Art. 201 van het communautair douanewetboek in geval van indirecte vertegenwoordiging is de aangever of de persoon voor wiens rekening de douaneaangifte wordt gedaan, eveneens aansprakelijk voor de douaneschuld.

In ieder geval moet degene die als vertegenwoordiger optreedt over vertegenwoordigingsbevoegdheid beschikken en dus, in zuiver juridische zin, over een mandaatovereenkomst met betrekking tot de in douaneverband te verrichten handelingen en/of verrichtingen. Dit is nodig omdat (artikel 5, lid 6, van het douanewetboek) de douaneautoriteit van elke persoon die beweert in naam of voor rekening van een andere persoon (en dus direct of indirect) te handelen, het bewijs van zijn vertegenwoordigingsbevoegdheid kan verlangen.

Het spreekt vanzelf dat men een vertegenwoordiger kan zijn van een natuurlijke persoon, van een rechtspersoon, van een handelingsbekwame vereniging. De relevante opdrachtgever en dus de “persoon” is dus degene die op verschillende manieren door art. 4) Cod. Hond. Com.

In de meer specifieke context van de domiciliëringsprocedures die aan bepaalde douane-exploitanten zijn toegewezen, moet worden benadrukt wat in circulaire 27 D van 18 juli 2005 is geregeld: de begunstigde van de domiciliëringsprocedure, indien deze een tussenpersoon is (expediteur, CAD, enz.), die reeds de geadresseerde/exporteur vertegenwoordigt, moet in het kader van de indirecte vertegenwoordiging als aangever optreden door de aangifte in eigen naam in te dienen en te vermelden dat hij voor rekening van de geadresseerde/afzender handelt, teneinde de toepasselijkheid van de bovengenoemde artikelen 201, blz. 3, en 209, blz. 3, van het communautair douanewetboek te waarborgen.

Skills

Posted on

4 juni 2014